Sabberkrant: Walter Hus

het ‘Waregems wonderkind’ Walter Hus

07/05/2020
Walter Hus is intussen al jaren welbekend in de Brusselse muziekscène. Vraag dat maar aan Lefto of Teun Verbruggen. Het ‘Waregems wonderkind’ schreef overigens ook muziek voor dansvoorstellingen van Rosas, componeerde verschillende filmscores en waagde zich zelfs aan techno. Tussendoor vindt hij ook nog de tijd om les te geven.
Wat die filmcomposities betreft was je recent nog actief als ik mij niet vergis? 
“Dat klopt. Ik schreef inderdaad mee aan de soundtrack van ‘Transnistra’, die in 2019 in de zalen verscheen. De film werd geregisseerd door de Zweedse Anna Eborn, en won op het filmsfestival van Rotterdam trouwens de ‘Big Screen Award’. Centraal in de prent staat de zoektocht naar identiteit, en wat het betekent om zich thuis te voelen. Het betreft namelijk een staat die zichzelf onafhankelijk verklaarde, maar nier op die manier erkend wordt door een deel van de internationale gemeenschap.”
In 2014 werkte je ook al mee aan een andere parel: ‘N-the madness of reason’, die een Ensor voor beste film, maar ook voor beste muziek, in de wacht sleepte.
“Dat is een Belgische documentaire/ fictieve-biopic van de cineast Peter Krüger. Over het leven van Raymond Borremans. Van opleiding was deze man muzikant, maar hij raakte geobsedeerd door de geschiedenis van West-Afrika. Hij besloot er een encyclopedie over te schrijven, die echter nooit afgeraakte. Een fascinerend personage, die man...”
 
Films van de juiste sfeer voorzien betreft maar één van je vele muzikale bezigheden. Hoe ziet uw carrière er, in een notendop, uit?
“Daarnaast schrijf ik uiteraard gewoon mijn eigen muziek en geef ik les aan de academie van Sint-Agatha-Berchem. In het verleden stond ik ook in nauw contact met het dansgezelschap ‘Rosas’. Daar is Maximalist! gevormd, waar we behoorlijk wat succes mee oogstten in Europa. Ook de muzikale begeleiding van modeshows is me niet vreemd.”
Vanwaar komt die liefde voor muziek eigenlijk, dat die in zoveel facetten en domeinen tot uiting komt?
“Als jonge knaap werd ik door mijn ouders ingeschreven aan de muziekacademie van Waregem. Ik bleek over een bepaalde aanleg voor piano te beschikken. Al hielp het wel dat mijn toenmalige lerares, Dolly Degezelle, me vlinders in de buik bezorgde (lacht)! Dat zorgde voor extra motivatie.
 
Aanvankelijk was ik vooral begeesterd door klassieke componisten, De vijfde (symfonie, red.) van Beethoven was één van mijn favorieten. Maar tijdens de humaniora werd ik door vrienden ook blootgesteld aan jazz. Tijdens mijn studies aan het conservatorium van Brussel is die liefde voor muzikale vrijheid en improvisatie enkel gegroeid. En daar kwam ik opnieuw met beide voeten op de grond, door het besef dat er muzikanten rondliepen die al een stuk verder stonden dan mij op dat vlak. Het zette me enkel aan om mij nog meer te gaan verdiepen in de jazz en al haar facetten.
 
Wat jeugdige mensen nu kennen als Café Central aan het Sint-Goriksplein heette vroeger Bloomdido Jazz Café. Om u maar een idee te geven: daar zag ik onder andere Archie Shepp en Sun Ra aan het werk. Ik zou liegen als ik zeg dat zij niet hebben bijgedragen tot mijn voorliefde voor freejazz. Wat de mannen van STUFF. tegenwoordig doen vind ik ook heel straf. Met enkelen van hun werkte ik ook al samen.”
Van klassiek over freejazz, naar hedendaagse jazzvarianten. Kan de evolutie van uw muzikale smaak op die manier worden samengevat?
“Eigenlijk ben ik fan van veel meer genres. Om opnieuw even op filmmuziek terug te komen: eind de jaren 1980 en tijdens de jaren 1990 was België berucht omwille van de ‘new beat’ en later ook ‘acid house’, een variant van techno. Over de hoogdagen van de Belgische elektronische muziek werd de documentaire ‘The Sound of Belgium’ gemaakt. Ik kreeg de kans om de eindgeneriek van muziek te voorzien. 
 
Rond de eeuwwisseling viel mijn oog op Decaporgels, die in Antwerpen ontworpen worden. Het pionierswerk van de familie Decap bestond er vooral in om andere instrumenten te incorporeren in het orgel, zodat je er quasi een heel orkest mee kon bedienen van achter de toetsten. Gaandeweg zijn ze hier uiteraard elektronica in gaan verwerken. Met zo’n orgel heb ik dan ook mijn compositie voor The Sound of Belgium gecreëerd. De liefde voor dit instrument en elektronische muziek zijn sindsdien blijven hangen. Techno is eigenlijk heel emotionele muziek. De golf van liefde die van het publiek uitgaat is onbeschrijflijk.”
 

Walter Hus geeft elke zaterdag pianoles aan de Academie voor Muziek en Woord van Sint-Agatha-Berchem. Beluister hier zijn compositie voor The Sound of Belgium:

Mattias Verhelst
Share by: